Wielrennen

‘’Het mooiste van wielrennen vind ik de snelheid, het sporten in de buitenlucht en proberen om iedere keer weer het maximale uit mezelf te halen.’’ Dit zijn de woorden van Han, sportpodotherapeut bij Innofeet en daarnaast zelf fanatiek wielrenner. Het is zonde wanneer u door een blessure niet optimaal van het wielrennen kunt genieten. Onze sportpodotherapeuten komen verschillende blessures tegen die ontstaan bij het wielrennen, die zij goed kunnen behandelen. Ons doel is dat u zo snel mogelijk weer kunt wielrennen.

Blessures
Onderstaand worden de blessures genoemd die onze sportpodotherapeuten het meeste tegenkomen tijdens hun werk. De sportpodotherapeuten hebben kennis van veel meer blessures, maar met name de onderstaande blessures worden het vaakst behandeld door onze sportpodotherapeuten.

Mortonse neuralgie
Veel voorkomende klachten bij het wielrennen zijn klachten in de voorvoet. Een klacht in de voorvoet die vaak wordt gezien is mortonse neuralgie (beknelling van de zenuw). De oorzaak hiervan kan onjuist schoeisel, of overbelasting door het herhaaldelijk duwen van de voorvoet zijn. De pijn voelt u aan de onderzijde van de voet, dit kan beschreven worden als een tintelend en brandend gevoel. De pijn vermindert zodra u de schoen uit doet.

Metatarsalgie en sesamoiditis
Een andere klacht is metatarsalgie, en sesamoiditis (pijn onder de grote teen). Dit wordt veroorzaakt door onjuist schoeisel of een afwijkende stand van de voorvoet, veroorzaakt door een trauma. Wanneer u op de grote teen drukt, verergert de pijn. Tevens kan er een zwelling optreden. Verder kunnen drukplekken en likdoorns voorkomen door strak schoeisel en statische druk.

Overbelasting
De klachten die voorkomen in de middenvoet/onderbeenspieren zijn voornamelijk overbelasting (tendinose) van de spieren in het onderbeen, zoals: m. tibialis posterior, m. flexor hallucis longus en m. flexor digitorum longus. De oorzaak hiervan kan worden ingedeeld in extrinsieke en intrinsieke factoren:
Intrinsiek: toename van de leeftijd, afwijkende stand, overgewicht en verminderde spierkracht.
Extrinsiek: ondergrond, schoeisel en trainingsvolume.
U voelt een pijn aan de binnenkant van de enkel/voet. Door het naar binnen zakken van de voet ontstaat er meer spierspanning en verergert de pijn.

Patellofemoraal pijnsyndroom
Ook komen er wielrenners met knieklachten bij de sportpodotherapeut. De knieklachten die het meest worden gezien bij wielrenners zijn patellofemoraal pijnsyndroom (pijn rondom de knie) veroorzaakt door een standafwijking door een verkeerde werking tussen twee bovenbeenspieren. Ook door een platvoettype of doorgezakt looppatroon kan deze klacht ontstaan. Dit kenmerk zich met pijn rondom of achter de knieschijf. Een veel voorkomend symptoom is stijfheid bij langdurig zitten met een gebogen knie, traplopen, hurken en een instabiel gevoel.

Tractus iliotibialis frictiesyndroom
Tevens komt het tractus iliotibialis frictiesyndroom (pijn aan de buitenzijde van de knie) vaak voor bij wielrenners. Dit wordt veroorzaakt door een herhaalde buigbeweging van de knie. Er ontstaat een irritatie aan de buitenzijde van de knie. De klacht kenmerkt zich door een uitstralende pijn naar het onderbeen of bovenbeen en is afhankelijk van de activiteit. Naarmate de tijdsduur van de activiteit toeneemt, verergert de klacht.

Onderzoek

Op het eerste consult probeert de sportpodotherapeut te achterhalen wat de klacht is. Dit doet de therapeut door middel van een vraaggesprek en een lichamelijk onderzoek. Daarna doet de sportpodotherapeut onderzoek naar het functioneren van de betrokken gewrichten en spieren. Vervolgens voert de sportpodotherapeut een bewegingsanalyse uit. Hierbij kijkt hij naar afwijkende bewegingspatronen die ervoor zorgen dat de klachten niet afnemen. Tijdens het onderzoek houdt de sportpodotherapeut rekening met uw houding op de fiets en kijkt hij naar uw uitvoerende techniek.

Behandeltraject
Na het onderzoek stelt de sportpodotherapeut, in samenspraak met de sporter, een behandeltraject op. Behandelingen kunnen uit de volgende vormen bestaan: